16 februari 2015

Column: Beeldvorming

Jarenlang hebben de PvdA Kamerleden Tjeerd van Dekken en Henk Nijboer heen en weer gependeld tussen slachtoffers in het aardbevingsgebied en de Tweede Kamer. Eerst moesten ze trekken om Jan Vos, woordvoerder energie, zo ver te krijgen dat hij ook in het gebied ging kijken. Dat lukte. Daarna moesten ze de PvdA-fractie zo ver krijgen om echt te snappen dat er een probleem was. Dat lukte. Daarna hebben ze Nederland overtuigt: er moet iets gedaan worden.

En nu. En nu gaat de winning eindelijk drastisch omlaag en vindt de oppositie, die jarenlang zich bezighield met andere bagatellen, het te weinig. Het is hun goed recht.

Maar ik begrijp de woede van Henk Nijboer als hij merkt dat juist op het moment dat zijn jarenlange geploeter eindelijk de stugge VVD zo ver krijgt om te minderen, als hij merkt dat juist op het moment van glorie, althans, de eerste glorie, dat hij en zijn partij juist op dat moment wordt afgeschilderd als laf, halfbakken en te weinig daadkrachtig.

Het is als Mozes en het beloofde land. Je leidt jarenlang een onwillig volk richting het beloofde land, maar als het volk bij de grens staat, rennen ze juist degenen die nooit wilden luisteren, je voorbij en schreeuwen ze dat zij de eersten zijn die het beloofde land bereikten, onderwijl scheldend op jou dat jij zo langzaam, zo laf en zo weinig daadkrachtig bent.

Het gaat in de politiek niet om wat je doet, maar om wat mensen denken dat je doet. Maar het gaat in het echte leven wel degelijk om wat je doet. Het zou daarom wel eens onverstandig kunnen zijn om politici alleen af te rekenen op beeldvorming, want wie wil ons dan nog naar het beloofde land leiden?

Jan R. Lunsing