Begeleiding jongeren naar werk moet blijven!
Leerlingen in het praktijkonderwijs worden straks niet meer begeleid naar de arbeidsmarkt. De subsidiepot is leeg en blijft leeg, zegt staatssecretaris Tamara van Ark. Onbegrijpelijk, vindt PvdA-fractievoorzitter Carine Bloemhoff. ‘De gemeente Groningen moet in actie komen voor deze jongeren.’
Het gaat om Europese subsidie, beheerd door het ministerie van sociale zaken. Het ministerie zou het geld over zeven jaar verdelen, maar na vier jaar is de pot al helemaal leeg. Slecht beheer dus. ‘Maar erger is dat straks ruim 65.000 kwetsbare leerlingen in Nederland niet de begeleiding krijgen die zij nodig hebben naar de arbeidsmarkt’, zegt Bloemhoff.
Zeker zijn van goede start
Dit zijn leerlingen op praktijkscholen en op het voortgezet speciaal onderwijs. Zij zijn lager geschoold dan mbo1-niveau en krijgen geen diploma. Het worden assistenten in de garage, supermarkt, of het hoveniersbedrijf. Een groot netwerk hebben deze kinderen vaak niet. Zij leunen grotendeels op hun vertrouwde omgeving, op school en hun begeleiders. Die helpt hen naar de arbeidsmarkt. Tot nu toe.
Want de staatssecretaris hanteert het principe op = op en dus moeten deze leerlingen het zelf maar uitzoeken. Kil en koud, vindt Bloemhoff. ‘Wij willen blijven omzien naar deze groep jongeren. Zij moeten zeker kunnen zijn een goede start op de arbeidsmarkt en een toekomst kunnen opbouwen in onze mooie stad. Daarom vragen wij de gemeente om allereerst in beeld te brengen hoeveel jongeren de dupe zijn van dit kabinetsbeleid.’
Ook wil de PvdA weten wat onze Stad kan doen om het tij te keren. ‘Het stadbestuur moet bij de staatssecretaris aandringen op een goede oplossing’, zegt Bloemhoff. ‘Ook willen we weten of de gemeente, misschien samen met de provincie en andere gemeenten, mogelijkheden ziet voor cofinanciering van projecten voor werkbegeleiding.’
Zeker zijn van werk en inkomen
Via schriftelijke vragen wil de PvdA opheldering en het stadsbestuur in de benen krijgen. Werk hoort bereikbaar te zijn voor iedereen. Alle Stadjers moeten zeker kunnen zijn van werk, een eerlijk inkomen en een volwaardige plek in de samenleving.